<< week terug <<    terug naar overzicht    >> week verder >> 

maandag 18 maart, ergens of nergens op de Amazone, Brazilië          Km 2,8     Totaal Km 5960,1

Vroeg eruit om de spullen in te pakken en rij eerst zonder bagage naar de haven om nog wat over de prijs te onderhandelen. Bij de boot aangekomen zijn en nog maar een handjevol mensen aanboord, en met succes gaat de prijs voor mijn motor naar beneden naar anderhalf de prijs voor een persoon. Ik doe net alsof het mij niet interesseert waar ik heen wil en onderhandel ook met andere booteigenaren die andere havens aandoen. Maar mijn plannetje om de prijs nog verder omlaag te krijgen lukt niet erg. En ik ga terug naar het hotel, pak alle bagage. En rij volgepakt naar de haven waar ik de kaartjes koop, en met de motor de pier oprij. Zonder veel problemen krijg ik de motor aanboord en bind hem vast aan de railing. Hang mijn hangmat ernaast zodat niemand bij de motor kan komen zonder eerst langs mij te moeten. In het laatste uur voor vertrek komen er nog aardig wat mensen aanboord, maar de boot is lang niet vol. En er is alle ruimte om rond te lopen. Ik hang op het benedendek, de twee Fransen hangen een dek hoger en dan is er ook nog een topdek waar er stoelen staan en een muziekinstallatie. Even na tienen gaan de trossen los en gaat de boot stroomafwaarts met de stroming van de rivier mee. Het geluid van de motor komt overal bovenuit en je kunt elkaar alleen verstaan als je schreeuwt. Het uitzicht vanuit de hangmat is schitterend, de boot vaart over grote rivieren en langs kleine zijriviertjes langs grote en kleinere riviereilanden vol begroeid met dichte jungle. Ik breng de hele dag door in de hangmat en loop af en toe een rondje over de boot. Lees veel in de reisgidsen en plan een route tot aan Fortaleza waar ik onderdelen wil halen en de motor een grote beurt moet geven. Tegen het einde van de middag wordt de boot al varend volgeladen door een kleinere boot die langzij is komen varen en voor het volgende uur worden er rieten manden met koffiebonen overgeladen vanuit de kleinere boot. Ik eet samen met de twee Fransen in het kleine restaurantje aanboord een verassend lekkere maaltijd. Na het eten zien we kleine kanootjes die recht op de boot afkomen. Het ziet ernaar uit dat we ze gaan overvaren. De kano's verdwijnen even uit zicht en schieten dan langs de zijkant van de boot, halfvol met water van de boeggolf. Er zitten drie kleine kinderen( jaar of zes?) in een van de kano's zeiknat van de boeggolf. De voorste haalt een haak aan een lange stok te voorschijn en graait naar de railing van de boot, na de tweede poging is het raak. De kleine kano wordt uit het water gerukt en klapt tegen de zijkant van de boot, met de voorpunt omhoog en de achterkant onderwater. Er wordt snel een touw aan de boot vastgemaakt en de kano hangt schuin tegen de zijkant van de boot aan. Het achterste meisje in de kano zit alleen met haar bovenlichaam boven water. De tweede kano schiet nu langs de boot zelfde scenario alleen komen zij onder de kano van de andere boot terecht, en de kinderen in die kano komen bekneld te zitten tussen de kano en de zijkant van de boot. Maar ze weten de kano ook aan de railing vast te binden. De kinderen uit de eerste boot zijn aanboord geklommen en verkopen fruit en lokale groenten. Ze komen uit een indianendorpje waar we later langs varen. Aan de andere kant van de boot hangt ook een kanootje waar een aantal jochies ook fruit verkopen. Wat een lef om met zo'n klein kanootje het op te nemen tegen zo'n grote boot die veel sneller vaart. De jonge verkopertjes blijven zeker een uur aan boord en als ze vertrekken gaat het fout en een kano slaat om in de grote golf aan de zijkant van de boot. Maar na een paar minuten in het water, zit er alweer iemand de kano leeg te scheppen. Later op de avond zien we ook nog een andere poging mislukken en deze kano slaat ook om. Ik drink een biertje met de Fransen in de openlucht discotheek op het bovenste deck, voordat ik een poging tot slapen doe in de hangmat.

foto's week 10

dinsdag 19 maart, Santa Ines, Brazilië            Km 581,5               totaal Km 6542,6

De hele nacht om de twee uur wel een keertje wakker geworden van het lawaai op en rond de boot, ondanks de halve toiletrol in mijn oren. Net als de zonsondergang gisteren is de zonsopkomst een plaatje om te zien. Rond acht uur komt de skyline van Belem in zicht. Hoge wolkenkrabbers steken boven de jungle uit. Als we dichterbij komen kan je goed zien hoe groot de stad is. Voordat we de haven inkomen, komt er een boot vol met verkopers en havenarbeiders om de spullen te sjouwen, en is het gedaan met de rust. Als we bij de pier aankomen, begrijp ik waarom ze allemaal lachend naar de motor keken. De pier is vijf meter hoger als de zijkant van het eerste deck, en alle passagiers gaan van boord via het tweede deck. Er staan tien havenwerkers rond de motor, en beginnen de touwen los te maken. Even wachten zeg ik, eerst even een prijs afspreken. Het eerste bedrag om de motor op de kade te tillen is belachelijk hoog, en er lijkt niets van de prijs af te kunnen. Ik vraag de twee Fransen om net de doen alsof we de motor met z'n drieën en met behulp van mijn handlier van boord gaan halen. Als de havenwerkers zien dat we het zelf gaan doen, zakt de prijs tot een redelijk bedrag, en na een kwartiertje staat de motor op de kade. De Fransen blijven nog even wachten totdat ik opgezadeld ben, ik heb ze gevraagd vooral mijn spullen die op de kade liggen in de gaten te houden. En ik bedankt ze voor hun hulp. Belem is echt een verschrikkelijke stad, en ik wil dan ook zo snel mogelijk de haven en de stad uit. Na een hectische rit de stad uit, op zoek naar een benzinepomp waar ze Super benzine verkopen en een goede kaart van Brazilië. Alle benzine in Brazilië heeft een percentage alcohol, des te duurder de benzine, des te minder alcohol. Ook de beste superbenzine heeft een klein percentage alcohol, maar ja beter is er niet. Super benzine, Adiativiada, zoals ze het hier noemen. Bij een groot Texaco tankstation vindt ik alles wat ik nodig heb. En begin aan de tocht richting het zuiden. De eerste honderd kilometer de stad uit is een grote vierbaans snelweg en gaat dan over in een tweebaans redelijk goede weg. De route gaat langs veel kleine dorpjes en grote fazenda' s (veehouderijen) met uitgestrekte graasvelden. Verder veel palmbomen en groen, vanwege de regentijd. Vandaag drie kleine hoosbuitjes gehad van een kwartiertje regen. Maar niet de aanhoudende buien die ik verwachte. Net voor het donker wordt kom ik aan in Santa Ines. Ik zie een leuke pousada voor een redelijke prijs waar ik de motor veilig kan stallen. Als ik nog een klein rondje door het dorpje rij. Stopt de elektriciteit ermee, en ik duw de motor naar de pousada terug, een zekering doorgebrand, kom ik later achter, waarschijnlijk kortsluiting vanwege de regen. Ik vervang de zekering en alles werkt weer. Later op de avond op zoek naar een internetcafé kom ik uit bij een softwarebedrijf waar de directeur engels spreekt. Als ik vertel dat ik ook een programmeur ben, is de link gelegd en hij (Falho) laat me die avond het stadje zien, en neemt me mee uit eten bij een vriend van hem die een Italiaans restaurant heeft.. 

foto's week 10

woensdag 20 maart, Santa Ines, Brazilië

De oversteek van de Amazone en de hele dag rijden vanuit Belem waren vrij zwaar, en het is tijd voor een rustdag. Ik slaap tot twaalf uur en ben de hele middag bij het software bedrijf waar ik achter de oorzaak kom waarom mijn laptop niet meer oplaad de laatste paar dagen. De adopter heeft de geest gegeven, waarschijnlijk door alle verschillende voltages van de afgelopen tijd. 's Avonds ga ik met Falho uit eten en hij neemt me mee naar een restaurant even buiten de stad. Waar we Spareribs eten, heerlijk.... Falho is een zeer religieus man, zoals veel Brazilianen en we praten over van alles en-nog-wat. Hij bekend al vrij snel dat hij nog twee vriendinnen buiten zijn vrouw om heeft. Ze wonen allebei in andere dorpen, want hij reist veel voor zijn werk. Hij legt uit dat dit in Brazilië een vrij normaal verschijnsel is. Maar zijn eigen vrouw is natuurlijk niet op de hoogte. 's Avonds gaan we wat drinken in een bar van een vriend van hem, waar Falho druk in de weer is om voor mij een date voor de avond te regelen. Binnen vijf minuten zitten er drie gegadigden aan onze tafel, als ik Falho vertel dat ik het gezelschap zeer op prijs stel, maar toch echt alleen ga slapen vanavond, is hij enigszins teleurgesteld. De dames spreken alleen Portugees en heb gesprek loopt snel vast, Falho vertaals een boel. Ik heb er ondertussen wel genoeg van, maar wil niet onbeleefd zijn. Ik speel het spelletje nog een uurtje mee, en ga dan naar het hotel.

foto's week 10

donderdag 21 maart, Parque National de Sete Cidades       Km 577,1           Totaal Km 7119,7

Op tijd eruit, de motor opgezadeld en nog even langs mijn nieuwe vriend, en op naar de snelweg. De snelweg is redelijk, maar vrij veel vrachtwagens. En het inhalen van vrachtwagens is nog een hele toer als je ook nog de gaten in de weg wild omzeilen. Het gaat vrij redelijk maar als ik twee keer achter elkaar vol in een gat in de weg rij, besluit ik het even rustiger aan te doen en de wielen te sparen. Ik probeer zoveel mogelijk Adiativiada (super) te tanken, maar heb het vandaag nog nergens gezien, en als de benzinetank bijna leeg is besluit het risico niet te nemen en Comun (normaal) te tanken. Erg slecht voor de motor maar het is niet anders. Super (adiativiada) is gewone benzine met octaangehalte van rond de 92, normaal (comun) is een mix van benzine met een octaangehalte van ergens in de tachtig en alcohol. De route gaat via Bacabal, Caxias naar de hoofdstad van de Piaui staat, Teresinni. Van Terresinni is de weg heel erg slecht voor honderd kilometer, maar dan is er een nieuw asfalt en kaarsrechte wegen tot aan de afslag naar het Parque National de Sete Cidades. Waar ik het laatste stukje in het donker naar de ingang van het park rij. Het park is gesloten, maar ik kan mijn tent opzetten naast de ingang van het park bij het parkwachters huisje. Parque National Sete Cidades is in een gebied waar de rotsen door erosie in allerlei vreemde vormen zijn gevormd. Er zijn oude rotstekeningen van duizenden jaren oud, grotten, watervallen maar vooral veel vreemd gevormde rotsen. In het park zijn er zeven groepen rotsen, die ze hier de zeven steden noemen (Sete Cidades) De theorien van hoe de steden gevormd zijn lopen uiteen van de Vikingen tot buitenaardse Wezens. Maar ik hou het op erosie van wind en water. Maar ja ik heb ook niet zoveel fantasie als de Brazilianen.

foto's week 10

vrijdag 22 maart, Parque Natinal de Ubajara                   Km 281,0                Totaal Km 7400,7

Als het park om half acht open gaat, ga ik als eerste het park in en naar het bezoekerscentrum waar ik een discoverychannel-achtige film over het park krijg te zien. En waar ze me een gids proberen aan te smeren. Maar ik heb vrijveel info over het park en het is best wel een klein park. Er loopt een pad door het park waarbij je het meeste wel in een halve dag kan zien. Dus ik bedankt voor de gids, maar een gids is verplicht. Eigenwijs als ik ben ga ik het toch zelf doen, maar als ik onderweg twee keer door parkwachters naar mijn gids gevraagd wordt, geef ik er aan toe, en toer de hele ochtend met een gids achterop de motorfiets door het park. De gids verteld niet veel meer dan ik zelf wist, en op mijn vragen heeft hij geen antwoord. De zeven steden zijn inderdaad wel aardig om te zien, en er is een leuke waterval, waar we nog even lekker gaan zwemmen. Maar om hier nog een dag te blijven vindt ik een beetje onzin. Dus vertrek ik tegen twee uur 's middags naar het 175 km verderop gelegen Parque National Ubajara. Net als ik alles heb ingepakt en wil wegrijden komen er zo'n vijftien bussen met dagjes mensen uit Fortaleza. Ze gaan allemaal het restaurant in, waar tafels het buffetten staan. Ik trek snel mijn motorpak uit en begeef me tussen een groep dikke duitsers, en smullen maar... Als de toeristen na een halfuurtje het park in gaan heb ik mijn buikje vol en ga er vandoor. Parque National de Ubajara ligt vlakbij het plaatsje Ubajara. De weg is redelijk goed, met de gebruikelijke gaten in de weg, en gaat naar Tiangua waar ik de borden naar Ubajara volg maar evengoed op de verkeerde weg uitkom. En de weg naar Fortaleza nog 30 kilometer volg, en steil naar beneden het hoogland plateau af. Het uitzicht is gigantisch en de weg erg steil. En eenmaal beneden kom ik erachter dat ik weer 30 kilometer terug moet het plateau op. Maar het is de moeite vanwege het uitzicht en neem vanuit Tiangua deze keer wel de juiste weg en kom net voor donker bij de ingang van het park, waar ik mijn tent opzet op een parkeerterreintje naast de ingang. 

foto's week 10

zaterdag 23 maart, Jijoca de Jericoacoara, Brazilie            Km 348,2                Totaal Km 7748,9

Parque National de Ubajara is vooral bekend om zijn grot en mooie stallagmieten-en tieten. Van de grot zijn er vijftien kamers in kaart gebracht, en zijn er negen open voor het publiek. De grot bevindt zich tegen een steile rotswand, waar je van de top van de rots met een kabelbaan kan komen, of je kan via een pad twee uur naar beneden klauteren. Ik was van plan om voor de laatste optie te kiezen. Helaas is het heel erg mistig als ik 's ochtends wakker wordt. En wat een normaal en spectaculiar uitzicht moet zijn van de top van de kabelbaan, is door de mist helemaal verdwenen. Ook heeft het weinig zin om het pad naar beneden te nemen omdat er toch niet veel te zien valt. En bovendien als ik vroeg naar de grot ga dan ben ik er voor de bussen uit Fortaleza komen. Dus om negen uur ben ik bij de kabelbaan en ga samen met twee andere toeristen naar beneden, potdicht met mist en niets te zien. Bij de grot aangekomen krijgen we een rondleiding van een gids. De andere twee zijn een jong echtpaar, en de vrouw spreekt Engels en vertaald van ik niet begrijp van de gids. Veel stallagmieten-en tieten, en door de verschillende kleuren lichten in de grot ziet het er wel grappig uit. Na een rondleiding van een uurtje staat ik weer buiten en loop wat rond in het park, en na even een verfrissende duik in een waterval, loop ik weer richting kabelbaan.  En om twaalf uur neem ik de kabelbaan weer omhoog. Nog steeds is het aardig mistig en het ziet er naar uit dat de mist nog wel een tijdje zal blijven hangen. Ik koop een leuke poster van het uitzicht en zadel de motor, en besluit vandaag nog naar de kust te rijden. Met nog zes uur daglicht moet Jijoca aan de kust van de staat Ceara 150 kilometer ten westen van Fortaleza te halen zijn. Ik ga via een paar kleinere wegen terug naar de snelweg. Een van deze kleinere wegen gaat weer het hoogplateau af en gaat verschrikkelijk steil naar beneden door de mist en slingers met veel haarspeldbochten de rotswand af. De weg is letterlijk uit de rots gehakt, echt jammer van het uitzicht. Eenmaal beneden slingert de weg door een glooiend landschap met grote open graasvlakten naar Sobral, waar ik opzoek ga naar Adiativada benzine, maar moet de motor teleurstellen met Comun. Van Sobral via binnenwegen langs de dorpjes Santana de Aracua, Morrinhos, Cruz naar Jijoca. De laatste vijftig kilometer gaat over een weg in aanbouw met een paar slechte stukken. Eenmaal in Jijoca neem ik een possada met een binnenplaats waar de motor kan staan. Het plan is om hier twee dagen mijn bagage achter te laten en met een lege motor twee dagen langs het strand te gaan toeren. 's Avonds in het dorpje vertellen de locals me het een en ander over de route en paden door de zandduinen, en vertellen wat ik zeker moet gaan bekijken en wat zeker niet, en waarschuwen me voor een aantal paden waar ik met de motor zeker kom vast te zitten.

foto's week 10

zondag 24 maart, Jericoacoara, Brazilië                      Km 136,8              Totaal Km 7885,7

Ik laat mijn bagage achter mijn kamer die ik drie dagen vooruit betaal heb Mijn kleren die ik nog even snel was laat ik dan maar een paar dagen aan de lijn hangen. En om tien uur rij ik met een lege motor de zandduinen in. De motor voelt lekker aan erg licht. Ik kom langs een laguna midden tussen de zandduinen, en rij via een paar kleine paadjes naar een dorpje aan het strand waar ik net na de middag aankom. Een klein vissersdorpje met een strand vol met houten visserskano' s. Op het strand een leuk restaurantje waar ik de motor in de schaduw parkeer. Ik raak aan de praat met een Portugees stel die met hun auto over het strand naar Jericoacoara willen rijden. Ze hebben een gids gehuurd om hun de omgeving te laten zien. We besluiten om samen die kant op te gaan. Het is veertig kilometer naar Jericoacoara, een klein vissersplaatsje aan de kust, waar je alleen over het strand kan komen, of door de zandduinen, maar niet over een normale weg. Door deze isolatie is het erg populair bij rugzakreizigers. Even na de middag gaan we over het strand naar Jericoacoara, het gaat lang goed. En het rijden over het strand is erg gaaf. Net voordat we er zijn gaan we van het strand van en een stuk door de duinen, waar de auto van de Portugezen een paar keer komt vast te zitten. Ik help ze uitgraven, en zo komen we in Jericoacoara. Het kleine dorpje omgeven door hoge zandduinen en kleine meertjes met palmbomen. En rij met de motor nog een heel stuk verder over strand totdat ik bij een rivier kom en niet verder kan. Dan een stukje het binnenland in en via de zandduinen terug naar Jericoacoara, waar ik tegen de avond een pousada neem. Net voor de zonsondergang klauter ik op de grote zandduin naast het dorpje en kijk met een stel andere naar de zonsondergang. Helaas is er teveel bewolking voor een mooie zonsondergang. Er is een lokaal jochie met een skateboard zonder wielen van de zandduin aan het boarden. Ik vraag of ik het ook mag proberen en glij twee meter en de andere honderd ga ik zandhappend van de duin af. Helemaal onder het zand beneden aan de duin, zoek ik het board, en begin aan de klim omhoog. Eenmaal op adem bovenaan probeer ik het nog een keer. En deze keer kom ik een stuk verder maar ga halverwege onderuit. Na nog een paar keer lukt het me om in een keer naar beneden te gaan. Het grootste verschil met snowboarden is dat je zelf terug omhoog moet lopen, en in het zand is dat vrij zwaar. Niks van de zonsondergang gezien natuurlijk, maar ik hoor van een paar andere gringo's dat ik niet veel gemist heb. Na even het zand eraf gezwommen te hebben ga ik wat drinken met de Portugezen, en aan paar andere toeristen. Zij is een heel bekende soapactrice in Portugal, en kan daar niet over straat en daarom zijn ze naar Brazilië op vakantie gegaan.

foto's week 10


Mijn hotel in de haven van Macapa, Porto Santana.


Op de boot waarmee ik de Amazone in twee dagen dwars oversteek.


Kamperen bij het Parque Natinal de Ubajara.

alle foto's week 10

<< week terug <<   overzicht   bovenkantpagina   >> week verder >>